Terug naar boven

Basiscollectie klassiek: Dufay's meesterschap

560 jaar oud en nog steeds sprankelend en meeslepend: de Missa Se la face ay pale is een van de bekendste werken van Guillaume Dufay. Van zijn missen is deze dan ook het meest op cd vastgelegd.

Van Dufay (1397-1474) zijn zeven missen bekend, grotendeels geschreven in de laatste decennia van zijn leven. Tot grofweg 1440 zijn van Dufay vooral losse misdelen bekend, in totaal zo’n dertig stuks. Vanaf ongeveer 1450 ging Dufay zich, beïnvloed door de Engelsen, bezighouden met zogenaamde ‘cyclische missen’. In zulke missen komen muzikale thema’s in alle vijf misdelen (Kyrie, Gloria, Credo, Sanctus, Agnus Dei) terug, zodat de hele compositie een duidelijk muzikale eenheid vormt.

Daarnaast gebruikt Dufay in deze missen voor het eerst een ‘cantus firmus’. Dat is een melodie van een ander lied of werk, dat de ruggegraat van de mis vormt. Een van de vier stemmen zingt dat lied doorgaans in een laag tempo. De andere drie stemmen bewegen hier met vrije en beweeglijke melodieën omheen. Het Kyrie komt van een veelgeprezen opname van het Binchois Consort.

Dufay nam het liefdeslied Se la face ay pale, “Als mijn gezicht bleek ziet”, als uitgangspunt voor zijn mis. Dufay schreef ook een driestemmige zetting van dit lied. Op deze opname is de melodie van het lied goed te horen: de twee extra stemmen die Dufay erbij componeerde zijn hier instrumentaal uitgevoerd.

De melodie van Se la face ay pale wordt in de mis als cantus firmus gezongen. Zoals meestal is de cantus firmus letterlijk de middenstem, naast de twee hogere stemmen en de lage basstem. In de meest recente opname van de mis wordt de cantus firmus in het Gloria gespeeld door een trombone en is dus relatief goed te horen.

Dufay componeerde de Missa Se la face ay pale vermoedelijk tussen 1452 en 1458, toen hij aan het koninklijke hof van Savoy, in Zuid-Frankrijk, werkte. Het cyclische van deze mis is makkelijk te herkennen. Beluister de beginfragmenten van de vijf misdelen en het is duidelijk dat alle delen op bijna dezelfde manier beginnen. Het volgende Credo komt van een opname van Diabolus in Musica.

In de collectie van Muziekweb zijn tien opnamen van de Missa Se la face ay pale te horen. De oudste opname dateert van het begin van de jaren zestig. Dat is een opname van het Wiener Kammerchor onder leiding van Hans Gillesberger. In het volgende Sanctus is duidelijk dat er veel is veranderd in het uitvoeren van deze oude muziek. We horen hier nog een volledig koor; later zou vrijwel steeds gekozen worden voor kleine vocale ensembles.

Nog een belangrijk verschil in uitvoeringspraktijk is het al dan niet gebruiken van instrumenten. In de jaren zestig en zeventig speelden er doorgaans instrumenten met de zangers mee. Daarna werd er, vooral vanuit Engeland, verdedigd dat deze muziek alleen puur a cappella gezongen moest worden. Een van de eerste opnamen zonder instrumenten is die van ensemble Chiaroscuro onder leiding van Nigel Rogers, uit 1988. Hier een deel van hun opname van het Agnus Dei.

(TC)