Terug naar boven

Basiscollectie klassiek: het lied als gedicht op muziek - de romantiek

De tekst is een belangrijk onderdeel van een lied. Soms is de tekst zelfs belangrijker dan de muziek, bijvoorbeeld als de tekst geschreven is door een beroemde dichter. De vraag is dan wat de rol van muziek moet zijn in zo’n lied. Meestal is het antwoord dat de muziek het gedicht moet ondersteunen maar niet teveel mag afleiden. Maar wat betekent dat? Zijn een paar ondersteunende akkoorden in de juiste stemming (majeur, mineur) voldoende? In de laatste decennia van de 18e eeuw was dit inderdaad grofweg het idee. Totdat in 1814 een Oostenrijkse jongen van 17 jaar een beroemd gedicht van Goethe op muziek zette. Zijn naam was Franz Schubert.

Schubert: Gretchen am Spinnrade - Bermarda Fink, Gerold Huber

Wie luistert naar Gretchen am Spinnrade, hoort geen eenvoudige pianobegeleiding. De pianopartij verklankt het geluid van het spinnenwiel en tegelijkertijd de onrust in het hart van het smoorverliefde meisje. Als je de muziek hoort, zie je haar zitten. Maar de muziek roept niet alleen een beeld op, het zorgt ook voor een spanningsboog. Op het juiste moment leidt de muziek naar een climax (op het woord “Kuss” en later op “vergehen”) waarna de rust terugkeert. Het lied is een klein drama op muziek geworden. Maar nergens - en dat is het knappe - worden de woorden verdrongen door de muziek.

Een lied voor amateurs en professionals

Toen Schubert Gretchen am Spinnrade componeerde, leek hij voorbestemd om net als zijn vader onderwijzer te worden. Hij was een talentvolle amateur-pianist met een uitstekende muziekscholing en een passie voor poëzie. Zijn liederen (en ook andere muziek) componeerde hij voor zijn muzikale familie en vrienden. Ook toen hij als veelbelovend componist muziek ging schrijven voor theater en concertzaal, bleven vrienden en een muziekminnende kennissenkring de belangrijkste voorstanders en uitvoerders van zijn liederen. Schubert zou tijdens zijn korte leven nooit doorbreken als componist. Na een jarenlange strijd tegen syfilis stierf hij op 31-jarige leeftijd aan tyfus. Maar zijn (honderden) liederen zouden na zijn dood de wereld veroveren.

Schubert: Erlkönig - Matthias Goerne, Andreas Haefliger

De meeste liederen van Schubert waren niet gemakkelijk om uit te voeren. Je moest behoorlijk goed piano kunnen spelen. Voor de gemiddelde amateur waren ze doorgaans te moeilijk. Maar dat betekende niet dat er geen vraag naar was. Schubert had wat dat betreft een niche gevonden in de enorme markt van amateurmuziek. De liederen wekten ook de interesse van professionele musici en andere componisten omdat ze boeiend waren om naar te luisteren én recht deden aan het gedicht. Schubert had de enorme potentie van het genre laten horen. Na lang ondergewaardeerd te zijn werd het lied weer serieus genomen door componisten en muziekliefhebbers in heel Europa.

Schumann en de liederencyclus

Robert Schumann wordt beschouwd als een van Schuberts belangrijkste opvolgers in het genre. Zijn liederen lijken soms meer op lyrische pianostukken waaraan een stem gekoppeld is. Het lied Im wunderschönen Monat Mai is een onderdeel van zijn liederencyclus Dichterliebe. De melodie van de piano is al te horen voordat de stem invalt en klinkt ook nog lang na.

Schumann: Im wunderschönen Monat Mai (uit: Dichterliebe) - Fritz Wunderlich, Hubert Giesen

Een liederencyclus is een verzameling liederen die als geheel opgevoerd kan worden. Soms vormen de liederen een verzameling omdat ze een bepaald thema delen, maar het kan ook zijn dat alle teksten geschreven zijn door dezelfde dichter. In het geval van Dichterliebe is dat Heinrich Heine. Schumann schreef de cyclus in 1840, een jaar dat bekend staat als zijn liederenjaar, omdat hij in dat jaar zo’n 140 liederen componeerde, geïnspireerd door zijn moeizame verloving met de beroemde pianiste Clara Wieck.

Duitse romantiek

Veel gedichten die door Schubert en Schumann getoonzet werden, worden gerekend tot de Duitse romantiek. Wie graag een beeld wil krijgen van wat Duitse romantiek is, kan kijken naar een schilderij van Capar David Friedrich, Der Wanderer über dem Nebelmeer waarin we een eenzame wandelaar zien kijken naar een overweldigend en mysterieus berglandschap. De natuur en de elementen (zee, beekje, bergen, wind, regen) spelen in veel gedichten een grote rol en reflecteren het innerlijke leven van de verteller die in de natuur zijn heil zoekt.

De invloed van de Duitse romantiek en het Duitse Lied moet niet onderschat worden. Zo flirt de Duitse metalband Dalai Lama (op: Reise, Reise) openlijk met Erlkönig (Goethe/Schubert); Nebel (op: Mutter) doet denken aan een lied als Am Meer (Heine/Schubert) door een tekst die kenmerkend is voor de Duitse romantiek: een man met een tragische herinnering aan een geliefde omgeven door zee en wind.

De Franse mélodie

In navolging van Schubert werden overal in Europa liederen gecomponeerd in de nieuwe stijl. In Frankrijk kon het genre zich uitzonderlijk goed ontwikkelen. In Parijs was een groot publiek beschikbaar voor het lied. In de sjiekere huizen van de stad was het immers gebruikelijk om in de salon naar optredens te luisteren van bekende musici en zangers. De liederen van Schubert werden populair in de jaren 1830 en hadden invloed op het ontstaan van de mélodie, de Franse tegenhanger van het Lied. Er waren genoeg mooie Franse gedichten die als inspiratiebron konden dienen. De teksten van de mélodies zijn vaak hartstochtelijk en dromerig van aard, maar er is ook ruimte voor oriëntalisme en humor.

Zo schreef Camille Saint-Saëns in 1872 zijn humorvolle en pittoreske Danse Macabre. Later zou hij van dit lied het symfonische gedicht maken voor viool en orkest dat de meeste Nederlanders kennen van het Spookkasteel in de Efteling.

Saint-Saëns: Danse macabre - Jose van Dam, Jean Philippe Collard

Dromerige hartstocht vinden we terug in Après un rêve, een van de bekendste liederen van Gabriel Fauré. Het is vaak in een instrumentaal arrangement te horen. Fauré wordt beschouwd als een van de belangrijkste componisten van de mélodie, vooral in zijn latere werk.

Fauré: Après un rêve - Véronique Gens, Roger Vignoles

Nieuwe ontwikkelingen

Na 1870 vonden een aantal belangrijke ontwikkelingen plaats in het Franse lied, met name in het werk van Claude Debussy. De componist trok zich niet al te veel aan van de regels van de harmonieleer. Zoekend naar een bepaalde klankkleur, koos hij de akkoorden meer op het gehoor. De zangmelodie werd subtiel aangepast aan de tekst wat ten koste ging van een duidelijke structuur op basis van symmetrie en herhaling. Debussy’s liederen klinken als klankschilderingen. Vaak wordt zijn muziek in één adem genoemd met stromingen als het symbolisme en impressionisme. Als voorbeeld hier een lied uit de cyclus Ariettes oubliées op gedichten van Verlaine.

Debussy: C'est l’extase langoureuse (uit: Ariettes oubliées) - Frederica von Stade, Martin Katz

L’art pour l’art (de kunst om de kunst)... Het Lied en de mélodie waren inmiddels ver verwijderd van de huiselijke omgeving waarin het genre begon. Het was een kunstlied geworden, dat het publiek kon beluisteren in een concertzaal. Componisten kozen dan ook regelmatig voor een orkestbegeleiding in plaats van een pianobegeleiding. Er zijn veel mooie orkestliederen gecomponeerd. Een aantal van de bekendste werd gecomponeerd door Richard Strauss in laat-romantische stijl: de Vier Letzte Lieder.

Richard Strauss: Frühling (uit: Vier letzte Lieder) - Gundula Janowitz, Berliner Philharmoniker, Herbert von Karajan

(CP)