Terug naar boven

Basiscollectie klassiek : William Byrd

In 2023 is het 400 jaar geleden dat William Byrd overleed. Hij was de belangrijkste Britse componist van de ‘Elizabethan Age’, zoals Shakespeare dat was voor de literatuur. Met Orlandus Lassus en Palestrina behoort Byrd tot de groten van de late renaissance.

Byrds roem heeft door de eeuwen heen stand gehouden. Tijdens de kroning van Charles III zong het koor maar liefst twee van zijn stukken (Prevent Us & Gloria uit de Mass for Four Voices). Na afloop speelde een van de organisten een arrangement van de Earl of Oxford’s March.

-Kyrie uit Mass for Four Voices gezongen door Tallis Scholars

-De late renaissance
William Byrd leefde in woelige tijden. Religieuze conflicten verscheurden het land, waarbij religie hetzelfde was als politiek. Het was een wereld die zich nog maar net los maakte van de middeleeuwen. Het was een deels magische wereld, waarin een weersomslag of mislukte oogst werd toegeschreven aan goddelijk ingrijpen of het gesar van heksen, al naargelang het uitkwam. Het waren de generaties na de vredelievende Erasmus en rechtlijnige reformatoren. Het was de tijd waarin Montaigne, Bruegel, Shakespeare en Cervantes de menselijke conditie onderzochten.

-Nunc Dimittis uit The Great Service gezongen door The Cardinall's Musick

-De Tudors
Tijdens Byrds leven domineerden drie vorsten, afkomstig uit het huis van Tudor. Hendrik VIII werd bekend vanwege zijn vele vrouwen, waarvan sommigen werden onthoofd. Als gevolg van zijn huwelijksperikelen brak de koning met de paus en de kerk van Rome. Na zijn dood domineerden zijn oudste dochter Maria I (Bloody Mary) en haar jongere halfzus Elizabeth I (The Virgin Queen). Maria I trachtte het katholicisme in Engeland te herstellen. Ze maakte zich impopulair door de protestanten op wrede wijze te vervolgen.

-Tandernaken van Henry VIII

Haar opvolgster Elizabeth I was gematigd protestants. De polarisatie in haar land wist zij zo goed als mogelijk te overwinnen, ondanks het feit dat de katholieken tweederangsburgers waren. Tot zover het overzicht van de Tudors, waarin een aantal stappen zijn overgeslagen.

-De vroege Anglicaanse jaren
In die woelige tijden heeft William Byrd de Britse muziek grotendeels gevormd. In zijn jeugd werd de kerkmuziek in het Latijn gezongen volgens de Sarum Rite (de Britse katholieke liturgie). De (katholieke) Byrd zal hebben moeten wennen toen hij in 1563 als jonge organist en koordirigent benoemd werd aan Lincoln Cathedral. Hij had mogelijk conflicten met de geestelijken, omdat zijn muzikale talent botste met de meer puriteinse opvattingen. Het Latijn maakte plaats voor het Engels, de oude Sarum Rite werd ingeruild voor het Book of Common Prayer, de meerstemmige koorzang legde het af tegen sobere (want beter verstaanbare) eenstemmigheid.

-Fantasie voor gamba's nr.2 gespeeld door Fretwork

Byrd heeft aan deze ontwikkelingen bijgedragen met zijn eenvoudige ‘Short Service’ (de eerste van vier). De beroemde Great Service is van veel later, vermoedelijk de late jaren 1590. Ook deze Service (de vierde van vier) bevat de standaard ‘anthems’ (Engelstalige motetten) voor het ochtend- en avondgebed en de communie (Matins, Holy Communion, Evensong). De Great Service is niet gepubliceerd tijdens Byrds leven. Musicologen hebben de muziek moeten reconstrueren aan de hand van verschillende losse partijen.

-Sing Joyfully Unto God gezongen door Lincoln Cathedral Choir

-Chapel Royal onder Elizabeth I
In 1570 werd Byrd benoemd als ‘gentleman’ aan de prestigieuze Koninklijke Kapel (Chapel Royal). Waarschijnlijk had hij al als kind deel uitgemaakt van dit instituut, dat mede onder leiding stond van de grote Thomas Tallis. De Chapel Royal verzorgde de zang tijdens de koninklijke kerkdiensten. Het instituut was onderverdeeld in secties voor jongens (hoge stemmen) en mannen (lage stemmen). In de zestiende eeuw verzorgden de jongens ook toneelvoorstellingen aan het hof. De Chapel Royal beleefde haar bloei onder Elizabeth I, toen zowel Thomas Tallis als William Byrd er de organisten waren.

-O Lord, Make Thy Servant Elizabeth gezongen door The Sixteen

Thomas Tallis en William Byrd verstonden kennelijk de hachelijke kunst om zich aan het hof geliefd te maken. In 1575 verwierven beiden het koninklijke privilege voor het printen van muziek gedurende 21 jaar. Hun eerste publicatie met 34 Latijnse motetten droegen ze op aan de muziekminnende koningin. In 1589 en 1591 volgden nog twee bundels met Cantiones Sacrae. Na de dood van Tallis in 1585 had Byrd het monopolie op de muziekdruk. In respectievelijk 1605 en 1607 verschenen twee boeken met Gradualia. In 1588 verscheen de eerste Engelse publicatie met madrigalen (Psalmes, Sonets, and Songs of Sadnes and Pietie).

-The Queen's Alman gespeeld door Gustav Leonhardt

-De instrumentale muziek
William Byrd legde zich ook toe op muziek voor het virginaal (een eenvoudige voorloper van het klavecimbel). De Britse klaviermuziek was grotendeels onontgonnen terrein. Byrd bracht het tot bloei met zijn fantasieën, variaties en gestileerde dansen (pavanes, gaillardes). Veel van Byrds klavierstukken vonden hun weg naar bundels als My Ladye Nevells Booke en het Fitzwilliam Virginal Book. Byrd was ook een pionier in het componeren voor gamba’s (viols, consort).

-The Bells gespeeld door Richard Egarr

-Katholiek verzet
Vanaf de jaren 1580, 1590 legde Byrd zich toe op muziek voor clandestiene katholieke vieringen, waaronder drie missen voor respectievelijk vier, drie en vijf stemmen. Byrd genoot weliswaar de bescherming van de koningin, maar zijn positie was niet altijd ideaal. De beschuldiging van ‘recusancy’ (het weigeren van het bijwonen van Anglicaanse diensten) was het minst kwalijke wat Byrd en zijn dierbaren kon overkomen. Byrd raakte echter ook verdacht omdat hij bekend was met katholieke samenzweerders tegen Elizabeth en haar opvolger James I. Zijn lidmaatschap van de Chapel Royal werd zelfs mogelijk voor een tijd opgeschort terwijl zijn huis in de gaten werd gehouden.

-Gloria uit Mass for Five Voices gezongen o.l.v. Philippe Herreweghe

Dan de heimelijke uitwisseling tussen Byrd en Philippe de Monte (kapelmeester van de Habsburgse keizer). Monte stuurde aan Byrd een toonzetting van de oude psalmwoorden: ‘Aan Babels stromen zaten wij en weenden… Hoe zullen wij lofzingen in een vreemd land?’ Waarop Byrd reageerde met het vervolg van de psalm: ‘Als ik u vergeet, o Jeruzalem, laat dan mijn rechterhand het begeven’.

-Quomodo Cantabimus van William Byrd, in antwoord op Philippe de Monte

Rond 1594 trok Byrd zich min of meer terug uit de Chapel Royal. Hij ging met zijn familie van Harlington (nabij Londen) naar Stondon Massey, een kleine plaats in Essex. Hij bevond zich hier in de nabijheid van zijn patroon Sir John Petre, een rijke landeigenaar met een discrete katholieke levensstijl. Byrd componeerde voor de clandestiene misvieringen van zijn beschermheer. Hij overleed in 1623 in Stondon Massey.

(HJ)