In een tijd dat ‘progressive rock’ steeds ontoegankelijker werd voor het poppubliek wist Electric Light Orchestra juist wel een groot publiek te bereiken. Voortbordurend op het symfonische werk van The Beatles groeide ELO uit tot één van de populairste groepen van de jaren zeventig. De groep werd in 1970 opgericht in het Engelse Birmingham door Roy Wood (ex-frontman van The Move) en Jeff Lynne. De excentrieke Wood verliet de groep als in ’72 waarmee de band vooral het geesteskind van Lynne werd. De albums van ELO verkochten, dankzij intelligente hitsingles als Mr. Blue Sky, Turn To Stone en Can’t Get It Out Of My Head, uitstekend. In de jaren tachtig nam de populariteit af en in 1986 besloten de drie overgebleven leden er een punt achter te zetten. In 2001 kwam de groep wel weer bij elkaar voor het reünie-album Zoom.
Wie kan zeggen dat hij in de jaren zestig met zijn band de wereld veroverde en dat in de jaren zeventig, met een andere band, nog eens dunnetjes overdeed? Paul McCartney kan dat zeggen. Als The Beatles in 1970 uit elkaar gaan, sluit McCartney zich op in zijn boerderij in Schotland, waar hij zijn eerste soloplaten opneemt. Omdat hij zielsveel van optreden houdt (het laatste optreden van The Beatles, op het dak van Apple in Londen, was zijn idee geweest), laadt hij zijn instrumenten, zijn vrouw, gitarist Denny Laine, de kinderen en de honden in een vrachtwagentje en trekt er op uit. Eerst doet de groep een aantal universiteiten aan, maar Paul McCartney is natuurlijk nog altijd een wereldster dus al gauw worden dat grote zalen en later zelfs stadions. De band bestaat naast Paul altijd uit echtgenoot Linda op synthesizers en Denny Laine op gitaar. Voor de rest wordt per plaat en per toer een andere band samengesteld. In 1981 verlaat Denny Laine de groep en dat is het einde van tien succesvolle Wingsjaren, met grote hits als Band On The Run, Live And Let Die en Mull Of Kintyre.
(bron: wikipedia)De Bee Gees was een popgroep rond de tweelingbroers Robin Gibb (1949-2012, zang) en Maurice Gibb (1949-2003, basgitaar, keyboard en zang) en hun oudere broer Barry Gibb (1946, gitaar en zang).
De naam van de groep was aanvankelijk niet bedoeld als afkorting van "Brothers Gibb". Oorspronkelijk speelden de broers samen als 'the Rattlesnakes', later werd dat 'Wee Johnny Hayes & the Bluecats' en onder die naam werden ze geïntroduceerd bij radio-dj Bill Gates. Dat gebeurde door Bill Goode, nadat hij... meer
LaDonna Gaines begon met zingen in een kerkkoor in haar geboortestad Boston. Toch brak de Amerikaanse zangeres door in Europa toen ze in contact kwam met de Italiaanse producer Giorgio Moroder. De combinatie van Donna’s soulvocalen en de synthesizers van Moroder leverden een nieuwe muziekstijl op: disco. Daarmee was ze van grote invloed op latere stijlen als synthipop, en indirect ook house. Donna Summer scoorde een reeks hits waaronder The Hostage (1974), Love To Love You Baby (1976), I Feel Love (nummer-1 in 1977), Bad Girls (1979) en State Of Independence (nummer-1 in 1982). Het levert haar de eretitel ‘Queen Of Disco’ op. Op haar latere albums schuift Summer meer op in de richting van de muziek uit haar jeugd (soul, gospel) en keert zich meer af van haar oude, seksueel getinte repertoire. Summer overlijdt in 2012 op 63-jarige aan kanker.
Tom Jones groeide op in Wales als zoon van een mijnwerker. Hij leerde zingen in het kerkkoor en in de kroeg. Als zanger van de beatgroep Tommy Scott & The Senators werd hij ontdekt door producer Joe Meek, maar Jones boekte pas successen aan de hand van manager Gordon Mills. Zijn robuuste stem en goede looks brachten miljoenen vrouwen in vervoering en nummers als Green Green Grass Of Home en What’s New Pussycat waren midden jaren zestig grote hits. Jones verhuisde naar de Verenigde Staten en speelde in de jaren tachtig vooral grote glamourshows in Las Vegas. Na een wat minder periode dook Jones eind jaren tachtig weer op met de Prince-cover Kiss, een samenwerking met The Art of Noise. In 1999 raakte Jones opnieuw de jackpot met Reload, een album vol met duetten. Hij scoorde grote hits samen met The Cardigans en The Stereophonics en Mousse-T (de nummer 1-hit Sex Bomb).
Volgens The Washington Post behoort Jeff Lynne tot de top vijf beste producers aller tijden. De Brit stond al tijdens zijn succesvolle periode met The Electric Light Orchestra (1970-1986) bekend als een ambitieuze geluidtovenaar en kon hierna als producer overal aan de slag. Twee van zijn meest indrukwekkende klussen waren het vormen van The Traveling Wilburys met George Harrison, Bob Dylan, Tom Petty en Roy Orbison en het produceren van de laatste twee Beatles-singles Free As A Bird (1995) en Real Love (1996).