Terug naar boven

Basiscollectie klassiek - Max Reger

In 2023 is het 150 jaar geleden dat Max Reger werd geboren. Noem hem onze meest dierbare probleemcomponist: de één wordt zeeziek van zijn eindeloos modulerende muziek, de ander kan er geen genoeg van krijgen.

- Variaties en fuga over een thema van Mozart

- Persoonlijkheid
Regers eet- en drink- en rookgewoonten waren verontrustend. De ontwenningsverschijnselen waren soms al net zo riskant als de verslavingen zelf. Toen hij in Berlijn een eredoctoraat in de medicijnen kreeg, leidde dat ook tot hilariteit. Regers werkzame leven heeft feitelijk niet veel meer dan zo'n 15 jaar geduurd.

Als componist was hij al net zo onmatig. Hij was wat wij een workaholic zouden noemen. Veel van zijn muziek neigde naar wildgroei. Die complexe partituren kon hij overigens in zijn hoofd uitwerken en in één keer neerschrijven. En dat in een prachtig netschrift. De kwantiteit van zijn productie dreigde daardoor de kwaliteit te overstijgen. Maar - net als bij iedere componist - verdient ook hij het om naar zijn beste muziek beoordeeld te worden.

- Klarinetwkintet, gespeeld door Sabine Meyer

- De wereld van gisteren
Regers levenjaren (1873-1916) waren vrijwel gelijk aan de opkomst en ondergang van het Duitse keizerrijk (1871-1918). Hij stond bij wijze van spreken met het ene been in de romantiek en het andere in de moderne tijd. Noem hem een progressieve romanticus. Of een conservatieve modernist. Met Schönberg en Skrjabin behoorde hij tot de componisten die schipperden tussen de tonaliteit en de atonaliteit.

- Max Reger speelt Koraalbewerking Machs mit mir, Gott op.67, nr.25

En zo liepen er meer scheidslijnen door Regers leven. Als overtuigd katholiek voelde hij zich aangetrokken tot het protestantse koraal (kerklied) van Bach. Hij kwam in conflict met de katholieke kerk toen hij een gescheiden protestantse vrouw huwde. Het echtpaar adopteerde twee dochters, wat controversieel was in die tijd. Na zijn dood werd Reger gecremeerd, wat ook al geen katholieke gewoonte was.

- Suite voor cello solo op.131c nr.1, gespeeld door Hans Zentgraf

- Leertijd
Reger werd geboren in het Beierse Brand, nabij Bayreuth (het Mekka van de Wagner-cultus). Zijn muzikale vader was onderwijzer. Van zijn moeder kreeg hij zijn eerste pianolessen. Een jaar na de geboorte verhuisde de familie naar Weiden.

Reger was nog maar 13 jaar oud toen zijn orgelleraar Adalbert Lindner hem kerkdiensten liet begeleiden. In de Stadtpfarrkirche van Weiden werden zowel katholieke als Lutherse diensten gehouden. Vermoedelijk maakte Reger hier voor het eerst kennis met de protestantse liederenschat, zoals Bach die ook gekend had.

In de zomer van 1888 zag de vijftienjarige jongen voor het eerst Wagners Die Meistersinger en Parsifal in Bayreuth. Volgens eigen zeggen huilde hij twee weken lang en besloot toen musicus te worden.

- Vorspiel uit Wagners Die Meistersinger von Nürnberg

In 1890 werd Reger leerling van de muziektheoreticus Hugo Riemann in achtereenvolgens Sondershausen en Wiesbaden. Hij werd praktisch in het gezin van Riemann opgenomen. In Wiesbaden ontmoette Reger belangrijke vernieuwers als Richard Strauss en Busoni. Riemann had echter vooral de traditionele Brahms als voorbeeld, naast Bach en Beethoven. De muziek van Wagner beschouwde hij als gif.

- Preludium uit Monologe op.63 (privé opname)

- Herstel in het ouderlijk huis
Regers militaire diensttijd (1896-1897) werd om gezondheidsredenen afgebroken. Naderhand typeerde Reger het ironisch als zijn Sturm- und Trankzeit. Hij keerde terug naar het ouderlijke huis om te herstellen van de excessen van alcohol en tabak. Hier stond Reger praktisch onder curatele. Zijn familie begeleidde hem op al zijn wegen, zodat hij niet naar de kroeg kon ontsnappen. Zus Emma probeerde zelfs broerlief op het rechte pad te houden door zijn protestantse gezangboek te verdonkeremanen.

Deze jaren in Weiden werden zeer vruchtbaar, met maar liefst zo’n 45 gepubliceerde composities als resultaat. Hiertoe behoren belangrijke orgelwerken als de Fantasie en Fuga over het thema B-A-C-H op.46 en zes indrukwekkende Koraalfantasieën (waaronder Straf’ mich nicht in deinem Zorn op.40, Alle Menschen müssen sterben op.52 nr.1 en Wachet auf, ruft uns die Stimme op.52 nr.2).

- Koraalfantasie Wachet auf, gespeeld door Jos van der Kooy

Maar wie kon zulke moeilijke stukken spelen? Reger zelf in ieder geval niet. 'Mijn orgelwerken zijn zwaar', zo zei hij: 'maar er staat geen noot te veel in.' Reger vond een vriend en promotor in de virtuoze organist Karl Straube, de latere organist en cantor van de Thomaskirche in Leipzig (respectievelijk in 1902 en 1918).

- Variaties en Fuga over een thema van Telemann, gespeeld door Frieda Kwast-Hodapp

Reger had een bescheiden reputatie als concertpianist. Voor het grote werk, zoals het Pianoconcert op.114, deed hij een beroep op zijn leerling Frieda Kwast-Hodapp.

- Variaties en fuga over een thema van Bach, gespeeld door Marc-André Hamelin

- München en Leipzig
In 1901, na de pensionering van de vader, verhuisde de familie naar München. In 1902 trad Reger in het huwelijk met Elsa von Bercken. In 1907 brak Reger met zijn leraar Riemann. De modernistische leerling was de ouderwetse theoreticus ontgroeid.

- Vioolconcert, gespeeld door Walter Forchert

Tijdens een periode in Leipzig (1907-1911) ontstonden belangrijke orkestwerken als het genoemde Pianoconcert, de Symphonischer Prolog zu einer Tragödie op.108, de Hiller Variaties op.100 en het Vioolconcert op.101. Het even lyrische als veeleisende Vioolconcert van bijna een uur (première 1908) was geen doorslaggevend succes. Na uitvoeringen met violist Adolf Busch (met Reger als dirigent) drong het tot de componist door dat het werk te zwaar en te lang was. Na 1912 wilde hij het werk niet meer uitgevoerd hebben.

- Pianoconcert, gespeeld door Joseph Moog

- Kapelmeester in Meinigen, de eerste wereldoorlog
In 1911 werd Reger dirigent van het orkest in Meiningen. Hij wist het orkest op een fatsoenlijk peil te brengen, ondanks zijn gebrek aan ervaring als dirigent. Dankzij die ervaring werden zijn orkestrale composities lichter van karakter. Zoals te horen is in de populaire Mozart Variaties op.132 (1914).

- Die Weihe der Nacht op.119

Aan de kapelmeestertijd kwam een einde toen Reger in 1914 getroffen werd door een beroerte. Tijdens de oorlog was hij vanzelfsprekend ongeschikt voor militaire dienst. Hij deed slechts licht administratief werk. Na de militaire verplichtingen ging Reger in Jena wonen. Een gepland Requiem werd niet meer dan een indrukwekkend torso, omdat Reger moeite had met de latijnse tekst. Het adembenemende Dies Irae (Dag van toorn) breekt simpelweg af.

- Dies Irae uit het onvoltooide Requiem

In 1916 overleed Reger in Leipzig, nadat hij was teruggekeerd van een tournee uit Nederland. Zijn zwanenzang was het prachtige Klarinetkwintet op.146 (1915), met respectvolle verwijzingen naar de klarinetkwintetten van Mozart en Brahms.

(HJ)