Zowel Sergei Lyapunov (1859-1924) als Alexander Gretchaninov (1864-1956) vertegenwoordigen twee kanten van de Russische muziek van rond 1900. Eerstgenoemde studeerde onder meer bij Balakirev, de geestelijke vader van het fameuze 'machtige handjevol', dat de totstandkoming van een nationalistische Russiche muziek bepleitte. Gretchaninov voltooide zijn opleiding onder leiding van Rimsky-Korsakov, eens
… lid van bovengenoemd genootschap, maar later veel meer gericht op de academische muziektraditie van het conservatorium. Beide componisten hadden in ieder geval gemeen dat ze trouw bleven aan het negentiende-eeuwse idioom dat ze tijdens hun studie hadden leren beheersen. De hier opgenomen kamermuziekwerken hebben derhalve duidelijke verwantschappen, zoals de tamelijk traditionele vierdelige opzet. Het idioom van Lyapunovs Sextet (1915/1921) is echter wat avontuurlijker, uitwaaierend van Grieg naar Rachmaninov, terwijl het Kwartet nr. 3 (1916) van Gretchaninov meer op laatromantische Duitse leest lijkt te zijn geschoeid. In ieder geval gaat het in beide stukken om gepassioneerde warmbloedige kamermuziek die een groter publiek verdient dan haar tot nu toe ten deel is gevallen. (JvG)meer