De 'vader van de Russische muziek' wordt Mikhail Glinka (1804-1857) vaak genoemd, en dat eervolle etiket dankt hij vooral aan zijn twee opera's Een leven voor de tsaar (1836) en Ruslan en Ludmilla (1842). Met deze werken gaf Glinka zijn geboorteland de eerste opera's die zich in nadrukkelijk in stofkeuze op het nationale erfgoed oriënteerden. Muzikaal hadden zij minder sterke Russische wortels,
… want volgens Glinka zou de Russische muziek zich vooral moeten ontwikkelen door de beste eigenschappen van de contemporaine Italiaanse en Duitse muziek te vermengen. Die internationale oriëntatie klinkt ook door op deze cd, de eerste van een reeks met Glinka's complete liederen. Daarbij valt niet alleen te denken aan weinig Russische genres als de 'Bolero', de 'Barcarolle' en het 'Joodse lied uit "De prins van Kholmsky"' die voorkomen in de fraaie twaalfdelige cyclus Afscheid van St.Petersburg (1840), maar ook aan het duidelijke teruggrijpen op Europese vormen als de wals in het lied 'Verklaring' op tekst van Poesjkin. Van gebruik van Russische volksmuziek is geen sprake. Duidelijk wordt vooral in deze charmante verzameling liederen hoezeer Glinka zich tijdens twee lange studiereizen had ingeleefd in de Europese muziek van zijn tijd. (JvG)meer
