Als je
Marc-Antoine Charpentiers
Te Deum mooi vindt (onder meer bekend van de Eurovisie-tune), luister dan zeker ook naar het Te Deum van zijn tijdgenoot Louis-Nicolas Clérambault. Net als Charpentier begint Clérambault zijn Te Deum met een feestelijke instrumentale ouverture, compleet met trompet en pauken. Wat volgt is een levendige afwisseling van massale koordelen en intieme solostukken voor
… de zangers. In het oratorium L’histoire de la femme adultère slaat Clérambault een ernstiger toon aan. Het onderwerp is daar ook naar. Het stuk is gebaseerd op het Bijberverhaal van de overspelige vrouw uit het Johannesevangelie. Bijzonder is dat Clérambault, via zijn tekstdichter, er een eigen draai aan geeft. Waar de vrouw in het oorspronkelijke verhaal nauwelijks aan het woord komt, zingt ze in Clérambaults oratorium een hartverscheurende aria over haar vermeende zonde, hier prachtig gezongen door sopraan Gwendoline Blondeel. Überhaupt is deze opname door A nocte temporis om door een ringetje te halen: bezield, stijlvol en historisch onderbouwd. Voeg daaraan toe dat beide werken hier voor het eerst op cd verschijnen, en je hebt een uitvoering die voelt als een ontdekking én tegelijk een standaard zet. (JWvR)meer