Groepen bestaande uit louter jongens of meisjes, wier muziek specifiek gericht is op de tienermarkt en daarom eenvoudig en pretentieloos van aard is, stilistisch meestal aansluitend op heersende commerciële trends. Doorgaans het vehikel van een bepaalde producer en/of songschrijver(s), al dan niet in opdracht van een platenmaatschappij. Boybands en girlgroups zijn in principe altijd zang- en dansgroepen en meestal samengesteld met behulp van audities. Het genre kende een bloeiperiode in de jaren vijftig, toen producers als Shadow Morton en Phil Spector de meidengroepen gebruikten als vehikel voor hun monumentale producties. In de jaren negentig waren het vooral de boybands die op de voorgrond traden. Het marketingconcept (dansjes, posters, clips) begon het belang van de muziek steeds vaker te overvleugelen.
Rock-‘n-roll is de oervorm van de popmuziek, halverwege de jaren vijftig ontstaan uit een samensmelting van country & western en rhythm & blues. Het is ook de eerste specifieke tienermuziek, daarom eenvoudig, rebels en opwindend en staat daarom aan de basis van de rockmuziek. Veel rock-’n’-roll-teksten stonden stijf van de pikante toespelingen, zowel ‘rocking’ als ‘rolling’ waren eufemismen voor het bedrijven van de liefde. Conservatieve ouders en docenten walgden van de schokkende heupen van Elvis en de oerschreeuw van Little Richard. Ondanks die tegenwerking hebben de rock-‘n-rollers een grote invloed op de vruchtbare beat- en rockgeneratie van de jaren zestig. Ironisch genoeg luidt de sixties-generatie ook het einde van de glorietijd van de rock-‘n-roll. Als zelfstandige stijlvorm wordt rock-‘n-roll vanaf de jaren zeventig nog slechts mondjesmaat beoefend door fanatieke groepjes. Een karakteristieke uitdossing met leren jas, blue jeans en vetkuif hoort er uiteraard bij.
Verzamelnaam voor de Engelse en Amerikaanse amusementsmuziek uit de eerste helft van de twintigste eeuw. Deze muziek geldt als de voorloper van de popmuziek en werd geschreven voor een breed publiek. Commerciële motieven zijn minstens zo belangrijk als de artistieke. Broodschrijvers leveren op bestelling tekst en muziek aan. De kantoren waar de succesnummers ontstaan, zoals Tin Pan Alley (van 1900 tot 1930) en de Brill Building (jaren vijftig en zestig), krijgen een mythische status als hitfabrieken. Beroemde componisten zijn Burt Bacharach, en duo’s als Leiber & Stoller en Greenwich & Barry. Ze schrijven voor all-round podiumartiesten die konden zingen, dansen en acteren en vaak optraden in één van de vele theaters op Broadway. Plaatopnames zijn tot in de jaren veertig een bijzaak. Met de opkomst van popmuziek neemt de populariteit van de vocale muziek af. Toch blijft het American Songbook, een verzameling klassieke Amerikaanse liedjes, menig soul- en popzanger intrigeren.