De twee hoofdrolspelers van Focus waren zanger/pianist/fluitist Thijs van Leer en gitarist Jan Akkerman. Niet gehinderd door bescheidenheid speelt de groep een flamboyante mix van rock en klassiek, die de groep in het topsegment van de internationale progrock plaatst. Met Sylvia scoort de groep in 1973 een flinke hit in Engeland, waarna een remake van Hocus Pocus zelfs de Amerikaanse top tien haalt. Botsende ego’s zorgen er voor dat groep uit elkaar valt en de afzonderlijke leden verder werken aan succesvolle solocarrières. In 1985 begraven Akkerman en Van Leer de strijdbijl om nog één album op te nemen, dat helaas slecht wordt ontvangen.
meer
Herman Brood is de enige echte rockster die ons land ooit kende. Een man die buiten de wet leek te staan, alles deed wat God verboden had, en zo een rolmodel werd voor iedereen die zich in een keurslijf gestopt voelde. Herman Brood leerde het vak als pianist in bluesbands, waarvan Cuby & The Blizzards de bekendste was. Met zijn band The Wild Romance groeide hij eind jaren zeventig uit tot een heus tieneridool. Hij scoorde toen ook zijn belangrijkste hits: Saturday Night, Hot Shot, Never Be Clever en zijn lijflied Rock ’n Roll Junkie. Na een mislukt avontuur in Amerika en steeds terugkerende problemen met drugs namen zijn productiviteit en inspiratie snel af. Ook toen hij zijn muzikale relevantie al lang verloren was bleef hij veelvuldig in de media opduiken. Als schilder werd hij minstens zo populair als muzikant, al werd zijn werk door de kunstcritici nauwelijks op waarde geschat. Toen zijn gezondheid door zijn jarenlange verslaving snel achteruit ging, pleegde hij in 2001 zelfmoord door van het Amsterdamse Hilton hotel te springen. Zijn leven las als een jongensboek - en de boeken die zijn boezemvriend Bart Chabot over hem schreef hadden precies die charme – maar zijn macabere einde verraadde alsnog de werkelijke tragiek van zijn leven.
Kayak was in de jaren zeventig het vlaggenschip van de Nederlands progrock. De groep rond toetsenist Ton Scherpenzeel werd in 1968 opgericht in Hilversum. Het werk van de band sloot aan bij dat van Engelse groepen als Yes en Genesis. Net als die laatste groep schoof Kayak ook steeds meer op van pure prog naar een meer op pop georiënteerd geluid. Starlight Dancer (1978) en Phantom Of The Night (1979) zijn de commerciële hoogtepunten van de band. In 1982 valt de groep uit elkaar maar acht jaar komt de groep weer bij elkaar voor een reünie. Dat bevalt zo goed dat Kayak weer besluit platen te maken. In 2005 verschijnt de rockopera Nostradamus: Fate Of Man.
Earth & Fire wordt eind jaren zestig opgericht in het Haagse voorstadje Voorburg. De basis wordt gevormd door de broers Chris (gitaar) en Gerard Koerts (toetsen) maar pas met de komst van zangeres Jerney Kaagman is de succesbezetting een feit. Mede door het prominente gebruik van de mellotron heeft de muziek van Earth & Fire symfonische trekjes, al zijn de singles stuk voor stuk slim gecomponeerde popsongs. Begin jaren zeventig breidt het succes zich langzaam uit naar andere Europese landen, vooral Duitsland. Opmerkelijk is dat de pakkende singles vergezeld gaan van pretentieuze albums, geheel volgens de mode van die tijd. Halverwege de jaren zeventig lijkt de hoogtijperiode voorbij, maar dan scoort de band in 1979 alsnog de grootste hit uit zijn loopbaan: Weekend. Het blijkt een laatste oprisping, drie jaar later gaat de groep uit elkaar. Kaagman werpt zich jaren later op als vertegenwoordiger van muziekmakend Nederland, en wordt voorzitter van de muzikantenvakbond BV Pop. Later wordt ze bij een jeugdig publiek bekend als stoïcijns jurylid van de talentenjacht Idols.
(bron: wikipedia)Hans Vermeulen (Voorburg, 18 september 1947 – Ko Samui, 9 november 2017) was een Nederlandse zanger, componist, producer, gitarist en toetsenist.
Vermeulen begon in 1961 met de band Sandy Coast, waarmee hij bekende hits als I see your face again, True love that's a wonder, Just a friend, Capital Punishment en Summertrain scoorde. In de jaren '70 ging de band uit elkaar en richtte Vermeulen Rainbow Train op, waarin onder meer zijn toenmalige echtgenote Dianne Marchal zong. Over haar schreef'... meer
The Bintangs (Maleis voor de 'sterren') zijn een onvervalste cultfavoriet. Ondanks twee sterke hits (Ridin' On The L&N en Travellin' In The USA), juichrecensies, optredens in Amerika en Engeland, groeit de groep nooit uit tot een bovengrondse rockfavoriet. De band wordt al in 1961 opgericht in Beverwijk door de broers Frank en Arti Kraaijeveld, de enige twee contante factoren in een bezetting die vaak van samenstelling wisselt. Het geluid van The Bintangs is uniek binnen Nederland: gruizige rhythm & blues die soms naar (hard)rock neigt. Met de komst van Gerben en Maarten Ibelings (ook broers) van het jongere Bad To The Bone krijgt de groep in 2004 een uitstekende impuls om nog jaren onverdroten door te kunnen rocken.
De Eindhovenaar Peter Koelewijn scoort met zijn band The Rockets in 1960 een enorme hit met Kom Van Dat Dak Af, de eerste Nederlandstalige rock-‘n-rollsingle ooit. Als enkele jaren de beatrage losbarst, lijkt het met de carrière van Koelewijn afgelopen te zijn. Als producer blijkt hij echter minstens zo succesvol, met artiesten als Q65 en Ronnie en de Ronnies. Dan gebeurt het onverwachte: Kom Van Dat Dak Af wordt in 1971 opnieuw een hit, een huzarenstukje dat hij met hetzelfde liedje nog twee keer zal herhalen.
In de jaren zeventig pakt hij zijn rock-’n-rollcarrière weer op, waarbij de Rockets steeds verder op de achtergrond raken. Steeds als het even minder gaat als uitvoerend artiest, pakt Koelewijn zijn carrière als producer weer op. Zo weet hij de wispelturige muziekindustrie te overleven, waarbij hij net zo gemakkelijk een introvert soloalbum aflevert (Het Beste In Mij Is Niet Goed Genoeg Voor Jou, 1977), als hitplaten maakt met artiesten als Babe, Grant & Forsyth en Helmut Lotti.
Samen met zijn schoolvriend Lennaert Nijgh was Boudewijn de Groot verantwoordelijk voor de beste Nederlandstalige luisterliedjes van de jaren zestig. Nijgh schreef de teksten, De Groot componeerde de muziek en zong. In het nummer Welterusten Mijnheer De President toonden Nijgh en De Groot zich het Nederlandse antwoord op de Amerikaanse protestgeneratie onder aanvoering van Bob Dylan. Excelleren deden ze vooral in poëtische, fraai gearrangeerde liedjes als Verdronken Vlinder en Testament. Na de succesvolle beginperiode raakten de twee gebrouilleerd. In de decennia erna stond de carrière van De Groot in het teken van twijfel, richtingloosheid en onrust. Pas aan het einde van de jaren negentig herpakte hij zichzelf met nieuw materiaal en succesvolle tournees. Zijn populariteit bleek onveranderd groot. Zijn lied Avond veroverde in 2005 de eerste plaats in de Top 100 Aller Tijden.
Cuby & The Blizzards is een legendarische Drentse bluesband die halverwege de jaren zestig de Nederlandse muziekwereld verbijsterde met overweldigende live shows en prima plaatwerk. Opgericht door zanger Harry Muskee en gitarist Eelco Gelling groeide de band al snel uit tot de Nederlandse tegenhanger van John Mayall’s Bluesbreakers. Menig Nederlandse bluesmuzikant, onder wie de latere rockster Herman Brood, diende enige tijd bij de Blizzards, die op hun beurt de Amerikaanse bluesman Eddy Boyd en de Ierse rockzanger Van Morrison begeleidden tijdens hun Nederlandse tournees. Na vele bezettingswisselingen leek het halverwege de jaren zeventig definitief voorbij. Muskee bleef zich zonder veel succes profileren in bands als Red White ‘N Blue, Muskee Gang en Muskee. Pas in 1996 worden er weer optredens gedaan onder de naam Cuby & The Blizzards, maar die bezetting is in feite een samengestelde ‘superband’, met naast enkele oude Blizzards ook ex-leden uit andere grote Nederlandse bluesbands als Livin’ Blues, Flavium en Sweet ‘d Buster.
Het kwartet Supersister werd aan het einde van de jaren zestig opgericht in Den Haag. Muzikaal sloot de groep bij het werk van Engelse progrock-groepen uit de tijd. Een sterk element waarmee de groep zich wist te onderscheiden, was de droge humor die een vast onderdeel van hun liveshows vormde. Die humor en het feit dat drie van de vier bandleden een bril droegen, bezorgde Supersister een studentikoos imago. In 1973 vertrokken twee bandleden van het eerste uur. Het overgebleven duo trok met het volgende album Iskander meer in de richting van jazzrock. Een tegenvallende verkoop zorgde er voor dat de groep een jaar later uit elkaar viel. In 2000 kwam de groep, op verzoek van een kleine maar fanatieke fanschare die de groep vooral in de Verenigde Staten had opgebouwd, weer bij elkaar voor een succesvolle reünie.