Amerikaanse rootsmuziek uit de zuidelijke staat Louisiana. Opvallend is dat de teksten meestal niet worden gezongen in het Engels maar in het Louisiana Creole, een taal die meer klinkt als Frans. De Cajuns zijn dan ook afstammelingen van Franse migranten die via Canada in Louisiana terecht kwamen. De leidende instrumenten in cajun zijn de accordeon en viool. Een triangel bepaalt het opzwepende ritme van deze rauwe plattelandsmuziek. De zwarte bevolking van Louisiana bedacht de aan cajun verwante zydeco. In zydeco geldt het wasbord ook als ritmisch instrument. De combinatie van cajun en/of zydeco met rock heet swamppop. Het is een aanstekelijk swingend bastaardgenre, dat vanaf de jaren zestig de meest populaire muziek is onder de Cajuns.
Country is de muziek van het uitgestrekte Noord-Amerikaanse platteland. De melodieën zijn simpel en de thematiek van de songs komt overeen met de blues en ons eigen levenslied. Liedjes over liefde en bedrog, vreugde en verdriet, plezier en pijn. De basis van de muziek ligt in Britse volksliedjes die door de blanke pioniers werden gespeeld op gitaar, viool, wasbord en de banjo. De eerste grote country-artiest was Jimmie Rodgers, die in de jaren dertig furore maakte. Twintig jaar later was de tragische Hank Williams de belichaming van countrymuziek. Nog altijd klinkt de snik van Hank door in de stem van menig country-artiest. Het heiligdom van de country is het Grand Ole Opry Theater in Nashville. Bekende substijlen zijn honky tonk (elektrisch), Western swing (jazzy), countrypolitan (gladde countrypop uit Nashville), outlaw country (stoere mannen als Willie Nelson en Johnny Cash) en countryrock.