Hoewel divers, wordt er tegenwoordig gerefereerd aan de Laurel Canyon-sound als een mix van zonnige West Coastpop en -rock met elementen uit country en folk, gegoten in warme, semi-akoestische arrangementen. Zo werd Laurel Canyon een van de broedplaatsen waar eind jaren 60 de pop- en rockmuziek volwassen werd, en hippie-idealen overgingen in een miljoenenindustrie.
For What It’s Worth – Buffalo Springfield
Een belangrijke reden waarom artiesten een huis zoeken in Laurel Canyon is omdat het op loopafstand ligt van Sunset Strip. Hier bevinden zich de belangrijkste clubs, zoals de Whiskey A Go Go, de Roxy en Pandora’s Box. Broedplaatsen voor de vrijgevochten hippiecultuur die halverwege de jaren 60 komt opzetten. Wanneer de gevestigde orde probeert in te grijpen, ontstaan er rellen op Sunset Strip. Dit levert inspiratie voor de eerste single van Buffalo Springfield, een band die kort bestaat, maar wordt gevormd door vijf leden die allemaal later hun stempel zullen drukken op de West Coastrock.
You Ain’t Going Nowhere – The Byrds
Begin Jaren 60 heeft de folkscene van Los Angeles Laurel Canyon al ontdekt als een ideale woonplek. The Byrds is de eerste beroemde band die hier uit voortkomt met een eigen stijl van psychedelische country- en folkrock met zonnige melodieën en strakke samenzang.
Twelve Thirty – The Mamas & The Papas
Cass Eliot alias Mama Cass is afkomstig van de oostkust, maar trekt naar Los Angeles om deel uit de maken van de zanggroep Mama’s & The Papa’s. Ze strijkt neer in Laurel Canyon waar ze eerst in de kelder van de Canyon Country Store mag wonen. Wanneer zij er een eigen huis gevonden heeft groeit dit uit tot een ontmoetingsplaats voor lokale en langstrekkende rockartiesten. Onder andere Eric Clapton komt er graag als hij in de buurt is.
Love Street – The Doors
Bovengenoemde country store wordt vereeuwigd in Love Street van The Doors: ‘There's this store where the creatures meet’. Vanuit het huis waar zanger Jim Morrison woont met zijn vriendin Pamela, kijkt hij uit op de winkel.
Our House – Crosby, Stills, Nash & Young
De Britse zanger Graham Nash (The Hollies) vormt in Los Angeles de supergroep Crosby, Stills, Nash & Young met ex-leden van Buffalo Springfield (Stephen Stills en Neil Young) en ex-The Byrds-lid David Crosby. Vier begenadigde zangers en songwriters die elkaar afwisselend bijstaan met bijna magische samenzang. In Our House vertelt Nash over het gemoedelijke en zorgeloze leven in Laurel Canyon met zijn vriendin Joni Mitchell.
Ladies Of The Canyon - Joni Mitchell
De Canadese singer-songwriter Joni Mitchell is vanaf de vroege Jaren 60 actief in het Amerikaanse folkcircuit. David Crosby ziet haar spelen in een club in Florida en introduceert haar in Los Angeles waar haar carrière al snel meer vaart maakt. Ladies Of The Canyon (van het gelijknamige album uit 1970) is haar eerbetoon aan de vrouwen uit haar buurt.
A Man Without A Dream – The Monkees
Peter Tork en Micky Dolenz van The Monkees behoren tot de eerste sterren die wonen in Laurel Canyon. The Monkees zijn geen echte band maar de hoofdrolspelers van een populaire sitcom over het wel en wee van een beatband in de jaren 60. Met twee muzikanten en twee acteurs in de gelederen worden veel nummers uit de serie hits. Zij kunnen dan ook buigen op songs van de beste songwriters uit die tijd, zoals Neil Diamond en Carole King.
It’s Too Late - Carole King
Samen met haar man Gerry Goffin werkt Carole King gedurende de Jaren 60 als succesvolle songwriter in het New Yorkse Brill Building. Na hun scheiding in 1968 vertrekt zij met hun twee kinderen naar de westkust en vindt zij een huis in Laurel Canyon. Vriendschappen met Joni Mitchell en James Taylor sterken haar om zelf haar songs op te nemen. Haar debuutalbum Tapestry verschijnt in 1971. Het is een van de best verkochte albums van de jaren 70 en inspireert vandaag de dag nog steeds veel vrouwelijke singer-songwriters.
Fire And Rain - James Taylor
Carole King verleent ook haar medewerking aan Sweet Baby James (1970), het doorbraakalbum van James Taylor. Hij is een getroebleerde geest die in die jaren tobt met psychische problemen en verslavingen. Tussen de artiesten van Laurel Canyon vindt hij zijn plek. Het vertaalt zich naar een veel geïmiteerd donker-romantisch geluid met een prettige ingetogenheid.
Fountain Of Sorrow – Jackson Browne
Het romantische beeld van de solitaire folkzanger met zelfgeschreven nummers die even pakkend als zwaarmoedig kunnen klinken, kleeft ook aan Jackson Browne. Na zijn persoonlijke en muzikale relatie met de Duitse zangeres Nico in New York, trekt hij van het bohemienne centrum van de oostkust Greenwich Village naar Laurel Canyon. Daar schrijft hij, nog voordat hij zelf doorbreekt, met Take It Easy een van de eerste hits voor de Eagles.
Doolin Dalton – Eagles
Van een creatieve broedplaats groeit Laurel Canyon uit tot een buurt vol sterren. Het uit de Laurel Canyon-scene ontstane Eagles wordt zelfs een van de beroemdste bands, waarvan de overlevende leden tot vandaag de dag hun oude successen doen herleven op het podium. Huizen zijn er inmiddels onbetaalbaar en er worden tours georganiseerd langs de woningen van de sterren die allang verhuisd of dood zijn.
Rosemary Girl – Daryll-Ann
Van The Byrds (die in 1970 top of the bill zijn op het Kralingse Popfestival) tot Eagles en Carole King, Nederland draagt West Coastpop altijd een warm hart toe. Ook Nederlandse indie-bands als Fatal Flowers en Daryll-Ann lenen hun jangle-gitaren, strakke samenzang en liefde voor pakkende songs van groepen als The Byrds en Buffalo Springfield.
Andromeda – Weyes Blood
Na een carrière in noise en indie-rock, ontdekt de Amerikaanse artiest Natalie Laura Mering alias Weyes Blood de softrock van de jaren 70. Op haar veelgeprezen album Titanic Rising (2019) creëert zij een warm en romantisch geluid dat teruggrijpt naar onder meer Laurel Canyon artiesten als Joni Mitchell en Linda Ronstadt.
California – Lana Del Rey
Het Amerikaanse fenomeen Lana Del Rey schept vooral haar eigen, afstandelijke en bijna apathische werelden in haar sombere muziek. Het album Norman Fucking Rockwell! (2019) is haar ode aan het gespleten leven in Californië. Muzikaal stipt zij daarbij regelmatig, op eigen wijze en bijna als citaten de Laurel Canyon-sound aan.
Slipping Away – Pearl Charles
Echo’s van Carole King en Linda Ronstadt, maar ook hippie-invloeden klinken door op het album Magic Mirror van Pearl Charles. Zij groeit dan ook op in Los Angeles en laat de Californische zon graag neerschijnen op haar warm geïnstrumenteerde en verleidelijk gezongen nummers met vleugjes countryrock.
Samenstelling en tekst: Mark Ritsema
Vormgeving: Judith de Rond
Illustratie met gebruik van hoezen JK194080, JK51322 en JK190222