De Cubaanse rietblazer en trompettist Mario Bauzá schrijft in 1943 Tanga voor zanger Machito en zijn bigband Afro Cubans. Het wordt wel beschouwd als de eerste Afro-Cubaanse of Latin jazzcompositie.
Tito Puente is van Puerto Ricaanse afkomst maar groeit op in Spanish Harlem. Met zijn pakkende mambo’s en cha cha cha’s ontwikkelt hij zich tot de koning van de timbalen en de latin jazz.
Ook jonge bebophelden als Charlie Parker en Dizzy Gillespie omarmen de Afro-Cubaanse jazz. De laatste schrijft met percussionist Chano Pozo de Cubana bop-standard Manteca (boter).
Astrud Gilberto is toevallig aanwezig tijdens een plaatopname van haar man João en Stan Getz en zingt The Girl From Ipanema in. Deze wereldberoemde versie zet de Braziliaanse bossa nova op de kaart.
De Argentijnse saxofonist Gato Barbieri omarmt op jonge leeftijd de freejazz. Na gespeeld te hebben op de beroemde soundtrack van Last Tango In Paris keert hij terug naar zijn Zuid-Amerikaanse wortels.
Saxofonist David Sánchez speelt met Dizzy Gillespie en Pat Metheny. Invloeden uit fusion en neo bop mixen op zijn eigen albums altijd organisch met zijn Puerto Ricaanse achtergrond.