De Rotterdamse zangeres Annie de Reuver speelt met dansorkesten als The Ramblers en het AVRO-Dansorkest. In de jaren 50 zingt zij Nederlandse liedjes van onder andere Paul Roda en Jaap Valkhof.
Met de opkomst van televisie in de jaren 50 raken muzikale sitcoms als Pension Hommeles en Ja Zuster, Nee Zuster populair, met teksten van Annie M.G. Schmidt en muziek van Harry Bannink.
Nederlandse folklore, jaren 60 engagement, liefde en melancholie kenmerken de teksten die Haarlemmer Lenneart Nijgh schrijft voor onder andere Rob de Nijs, Astrid Nijgh en Boudewijn de Groot.
In de jaren 60/70 zijn luisterliederen vaak gebaseerd op Franse chansons. Met name werk van Jacques Brel is populair en wordt uitgevoerd door onder andere Herman van Veen en Liesbeth List.
Met een turbulente en levenslustige levensstijl die hij groots verwoordt in zijn intense liederen, geeft Ramses Shaffy het Nederlandse lied een ongekend zwierig en doorleefd elan.
Doorleefd zijn de veelgeprezen liederen van de in 2013 overleden Maarten van Roozendaal. Bijzonderder zijn de alledaagse poëtische bespiegelingen van de veelzijdige artiest Erik de Jong (Spinvis).
Geïnspireerd op de Franse chanson en Engelse folk evolueert ook in het naoorlogse Nederland het betere luisterlied. Liederen die ontroeren of juist blij maken, verdiepen en tot nadenken stemmen. Muziek die vooral in dienst staat van de overdracht van een tekst.
Deze site maakt gebruik van cookies. Voor meer informatie volgt u deze link. Hierop is meer te lezen over welke cookies wij plaatsen en waarom en welke mogelijke '3rd-party' cookies er bij kunnen komen.
