Retour au début de page

Basiscollectie klassiek: Pachelbel en zijn canon

De beroemdste canon allertijden is zonder twijfel die van Pachelbel. Hoe komt dat toch? Zijn muziek blijft ook na het beluisteren nog lang naspelen in je hoofd, hemelse muziek die eindeloos kan blijven doorgaan…

Pachelbels canon, door Neville Marriner & Academy of St. Martin-in-the-Fields (zie album)

Dat gevoel van eeuwigheid wordt versterkt door de canon-techniek. Continu herhaalt zich een vaste baslijn in de zogenaamde basso continuo. Daarboven klinken drie vioolpartijen. Eerst zet een viool in met een bepaalde melodie, iets later een tweede viool met diezelfde melodie, nog iets later de derde viool met dezelfde melodie. Zo blijft de eerste viool altijd voorop lopen en gaat de melodie variëren. De tweede en derde viool spelen exact de partij van de eerste viool na, alleen op een ander moment.

Een wat pittigere, snellere versie van Pachelbels canon:

Pachelbels canon, door Amandine Beyer & Gli Incogniti (zie album)

Een leuk album is deze cd, met de canon gearrangeerd voor verschillende bezettingen, met ook wat voorbeelden van populaire muziek geïnspireerd door Pachelbels canon.

Over Johann Pachelbel weten de meeste mensen echter niet veel. Hij werd geboren in Nürnberg in 1653 en overleed daar ook in 1706. De componist en organist was een van de leidende, progressieve componisten van zijn tijd. Hij was erg veelzijdig, hij schreef niet alleen muziek voor toetsinstrument maar ook kerkmuziek en kamermuziek.

Aria Sebaldina (uit de Hexachordum Apollinis),door Werner Jacob (zie album)

In zijn jonge jaren was hij een tijd hoforganist in Eisenach en zo raakte hij goed bevriend met de Bach-familie. Ambrosius, de vader van Johann Sebastian, vroeg Pachelbel om peetoom te zijn voor zijn dochter Johanna Juditha en om muziekles te geven aan zijn oudste zoon Johann Christoph. Ook toen hij verhuisde naar het nabij gelegen Erfurt als organist van de protestantse Predigerkirche hielden ze contact. In deze periode schreef Pachelbel zijn meeste orgelmuziek.

Chaconne in f kl.t., door Joost D’hont (zie album)

Pachelbel is twee keer getrouwd geweest. In 1681 trouwde hij met Barbara Gabler. In 1683 stierven zij en hun babyzoontje door een verwoestende plaag. Na deze persoonlijke crisis herpakte Pachelbel zich en trouwde in 1684 met Judith Drommer. Met haar kreeg hij vijf zonen en twee dochters. Enkele van die kinderen verwierven ook enige naamsbekendheid. Wilhelm Hieronymus Pachelbel (1686-1764) en Charles Theodore Pachelbel (1690-1750) werden ook componist. Een andere zoon werd instrumentenmaker en dochter Amalia maakte schilderijen en etsen.

Magnificat, door Rolf Schweizer & Bachorchester Pforzheim (zie album)

In zijn vocale muziek toont Pachelbel een meesterschap van stijlen en technieken van de Schütz-generatie. Heel expressief en dramatisch.

In 1695 werd Pachelbel uitgenodigd om een positie te bekleden aan de St. Sebaldus-kerk in zijn geboortestad Nürnberg. Daar bleef hij tot aan zijn dood.

Pachelbel werd geprezen om zijn cantabile, lyrische stijl. En technisch om zijn ritmische gelijkmatigheid en soepelheid, consistente motieven en eenvoudige maar harmonieuze samenklanken. Pachelbel werd omringd door leerlingen die een heuse Pachelbel-school vormden en in zijn stijl componeerden.

Een voorbeeld van zijn kamermuziek, uit de bundel Musicalische Ergötzung, zes suites voor twee violen en basso continuo:

Partia 1 (uit: Musicalische Ergötzung), door Harmonie Universelle (zie album)

Tenslotte nog met een knipoog naar Pachelbels canon:

Rain and tears, Demis Roussos

Raymond Lefèvre

English Chamber Orchestra (chill-out versie)

(SvdP)