Al vierden Oasis en Blur uiteindelijk de grootste successen, zonder het voorwerk van Suede was er misschien nooit een britpopstroming ontstaan. Met de latere zangeres van Elastica (Justine Frischmann) en stergitarist Bernard Butler nog in de gelederen, stookte Suede aan het begin van de jaren negentig het vuurtje op. Singles als Animal Nitrat, Metal Mickey en het titelloze debuutalbum volgden in
… 1993. De Engelse pers kreeg, enkele jaren na de grunge-explosie van Nirvana, weer oog voor bands van eigen bodem en een heuse hype rond britpop was een feit. Suede liet zich inspireren door de cynische popliedjes van The Smiths, terwijl bij frontman Brett Anderson de androgyne uitstraling van David Bowie zijn invloed niet had gemist. Terwijl de Britpop van Oasis, Blur en Pulp een opgeruimd karakter had, ontwikkelde Suede zich in tegenovergestelde richting. Het donkere Dog Man Star (1994) flopte in commercieel opzicht maar was een artistieke triomf, zeker als men bedenkt dat gitarist Butler de groep tijdens de opnames verliet. Het geluid ontwikkelde zich op Coming Up (1996) en Head Music (1999) steeds verder in elektronische richting, waardoor de fans van het eerste uur (zeker in Nederland) dreigden af te haken. Met A New Morning (2002) leverde Suede voor het eerst sinds jaren weer eens een optimistisch popalbum af, waarop de groepsleden bewezen dat ze na alle problemen in hun roerige bestaan - zo overleefde Anderson een serieuze drugsverslaving - alleen maar sterker uit de strijd zijn gekomen. (MS)meer