Retour au début de page

Basiscollectie klassiek: Het beroemde celloconcert van Dvorak

Van de concerten voor cello en orkest behoort die van de Tsjechische componist Antonin Dvorak tot de grootste klassiekers uit de 19e eeuw. In die tijd was het nog helemaal niet normaal om de cello als soloinstrument te kiezen. Dit artikel bespreekt de bijzondere ontstaansgeschiedenis van Dvoraks celloconcert en interessante uitvoeringen.

Dvorak werd uitgenodigd naar Amerika te komen om daar directeur te worden van het conservatorium in New York. Tijdens zijn driejarige verblijf daar (1892-1895) leerde Dvorak zijn collega Victor Herbert kennen, componist en celloleraar. Ze werden vrienden. Tijdens de première van Herberts tweede celloconcert op.30 raakte Dvorak zo enthousiast dat hij besloot ook een celloconcert te schrijven. Een tientallen jaren oude schets voor de Praagse cellist Hanus Wihan pakte hij weer op. Binnen vier maanden schreef hij zijn celloconcert op.104. Bijzonder is dat hij de blazers (klarinet, hoorn) een groot aandeel gaf in de orkestpartij. Je hoort een lyrisch thema in het eerste deel, gespeeld door hoorn:

uit het 1e deel - hoornsolo

Deze opname komt van een album dat de twee celloconcerten met elkaar combineert: Dvorak en Herbert. Een verdienstelijke uitgave met cellist Yo-Yo Ma:

uit het 3e deel – Yo-Yo Ma (cello) (zie album)

Een andere uitgave met de combinatie Dvorak en Herbert is met cellist Gautier Capuçon. Ook hier weer een fragment uit het romantische derde deel, waarin Dvoraks heimwee naar zijn vaderland voelbaar is:

uit het 3e deel – Gautier Capuçon (cello) (zie album)

Maar naast heimwee speelde nog iets anders. Tijdens het schrijven van het tweede deel kreeg hij een brief van zijn schoonzus Josefina waarin ze schreef dat haar gezondheid achteruit ging. Eigenlijk was Josefina zijn onbeantwoorde jeugdliefde, later trouwde hij haar zusje Anna. Dus dit bericht raakte hem zo, dat hij in het langzame tweede deel een kort citaat liet horen van zijn lied Lasst Mich Allein op.28 nr.1 – het favoriete lied van Josefina. Een veelgeprezen uitvoering met cellist Pieter Wispelwey:

uit het 2e deel – Pieter Wispelwey (cello) (zie album)

Kort na Dvoraks terugkeer in Tsjechië overleed Josefina. Toen besloot hij het briljante, abrupte einde van het celloconcert te vervangen door een langere coda waarin opnieuw de ontroerende melodie van het lied klonk als delicaat eerbetoon aan Josefina. Hier een opname van het lied zelf:

Lasst mich allein – Angelika Kirchschlager (mezzosopraan), Helmut Deutsch (piano) (zie album)

Zoals Dvorak zijn leerlingen altijd stimuleerde muziek uit de eigen volkscultuur te gebruiken, hoor je ook in zijn eigen celloconcert veel muzikale motieven en ritmes uit de Boheemse folklore-muziek. Technisch is het een moeilijk stuk voor cellisten. Dvorak koos vaak voor melodielijnen in het hoge register van de cello. Dit vraagt om een buitengewoon betrouwbare techniek. Daarnaast vraagt het een groot artistiek inlevingsvermogen.

uit het 1e deel – Johannes Moser (cello) (zie album)

Voor de liefhebber zijn nog enkele historische, oudere opnames aan te bevelen. Bijzonder is het concert dat de beroemde Russische cellist Mstislav Rostropovich uitvoerde op 21 augustus 1968. De nacht van 20 op 21 augustus waren Russische tanks de Tsjechische hoofdstad Praag binnengereden om een einde te maken aan de Praagse Lente, een beweging voor een vrijere koers. De cellist, dirigent en orkest waren Russisch, dus bang dat het publiek zich tegen hen zou keren. Dit gebeurde niet, maar spannend was het wel:

uit het 1e deel – Mstislav Rostropovich (cello) (zie album)

Een uitvoering met celliste Jacqueline du Pré was altijd een belevenis. Op 28-jarige leeftijd ontdekte ze dat ze leed aan de spierziekte Multiple sclerose. Het klikte goed met dirigent Sergiu Celibidache, die haar veel vrijheid van expressie gaf in deze uitvoering:

uit het 3e deel – Jacqueline du Pré (zie album)

We besluiten met een folkloristisch aandoend fragment uit het slotdeel in de klassieke uitvoering met Rostropovich en Herbert von Karajan:

uit het 3e deel – Herbert von Karajan (dirigent) (zie album)

(SvdP)