Jacob Wilhelm Lustig, organist van de Martinikerk in Groningen, vervulde een sleutelpositie in de Nederlandse muziekgeschiedenis van de 18e eeuw.Zo vertaalde hij het reisdagboek van de beroemdeBritse muziekkenner Charles Burney, waaraan Lustig soms zeer persoonlijke commentaren toevoegde. Interessant is bijvoorbeeld de voetnoot die Lustig laat volgen op Burney’s kennismaking met het Wohltemperierte
… Clavier van Bach. Lustig laat namelijk niet onvermeld dat ook hijzelf een bundel met 24 klavierstukjes heeft gecomponeerd: voor iedere majeur- en mineurtoonsoort één. Lange tijd was deze opmerking het enige bewijs van Lustigs Vierentwintig Capricetten. Pas in 1994 werd in Aurich een afschrift van deze bundel gevonden. (HJ)plus
