Vitezslav Novák behoort tot de latere generatie van Midden-Europese componisten die in hun muziek, in meerdere of mindere mate, hun nationale erfgoed verwerkten. Novák kreeg zijn opleiding in Praag van Dvorák en gold lange tijd als één van de veelbelovendste Tjechische componisten van zijn tijd. Daarvoor mag de lof die Brahms voor zijn muziek had wel als fraaiste bewijs gelden. Nováks reputatie
… verbleekte uiteindelijk door de roem van Janacek en Martinu. Nováks oeuvre omvat onder meer een aantal opera's, ouvertures en symfonieën, die vaak aan de nationale mythologie en geschiedenis zijn gewijd. Op deze cd is Nováks herkomst echter wat minder geprononceerd: slechts de "Slowaakse liederen" verraden zijn achtergrond. Mezzosopraan Magdalena Kozená en pianist Radoslav Kvapil brengen dit dozijn liederen goed voor het voetlicht. Er zitten bijzonder fraaie exemplaren bij, zoals "Een valk vloog voorbij" en "Ik zal niet langer een meisje zijn". Kvapil speelt vervolgens de "Liederen van een winternacht op.30", waarin Novák enige impressionistische trekjes heeft verwerkt. Het meest uitgebreide werk is echter het "Pianokwintet in a, op.12", waarvoor het Kocian Kwartet zich bij Kvapil voegt. Het is een gedegen stuk kamermuziek in de laat-romantische traditie. Het eerste deel heeft een zeer geslaagde, sfeervolle inleiding, waarvan de spanning goed wordt volgehouden. Het middendeel is een thema met variaties. In het laatste deel klinken elementen van een aan Brahms' herinnerende 'Hongaarse' stijl door. De kwaliteit van uitvoeringen en muziek maakt deze cd tot een heel mooie. (JvG)_meer