Back to top

Basiscollectie klassiek: Goulds Goldbergs

Als je de term basiscollectie klassiek letterlijk neemt, zijn er twee albums die welhaast onontkoombaar zijn. Als het al niet is om de interpretatie (smaken verschillen tenslotte), dan wel om de enorme invloed ervan: Glenn Goulds twee officiële opnamen van Bachs Goldbergvariaties uit 1955 en 1981.

Vóór Goulds eerste opname waren de Goldbergvariaties bepaald geen bekend werk van Bach, en opnamen waren dan ook zeldzaam. Toen Gould in dat jaar als 23-jarige, vrij onbekende, pianist met zijn opname op het toneel verscheen, waren zowel hij als de Goldbergvariaties ineens wereldberoemd. Zowel het hoge tempo, de fascinerende manier van spelen als de excentriciteit van Gould speelden hier in mee.

(De opname van 1955)

Niet alleen het publiek, maar ook de critici waren laaiend enthousiast over Goulds opname. Deze verwierf daardoor zo’n cultstatus, dat er vijftig jaar later zelfs een soort digitale her-uitvoering werd vastgelegd, gebaseerd op een analyse van de oorspronkelijke opname.

(Een digitale heruitgave uit 2006)

Met zijn nieuw verworven faam kreeg Gould ook veelvuldig de kans zijn kunsten op het podium te tonen. De Goldbergvariaties speelden in de eerste jaren na zijn doorbraak uiteraard een grote rol in zijn live repertoire. Vaak speelde hij dan selecties van het werk, maar hij speelde het ook wel in zijn geheel; twee van zulke uitvoeringen zijn opgenomen.

(Vancouver, 1958)
(Salzburg, 1959)

Ruim twintig jaar later verscheen er een nieuwe opname van de Goldbergvariaties. Gould nam duidelijk afstand van zijn eerste opname: een en ander gaat er veel rustiger, soms zelfs meditatief aan toe. Bovendien paste hij hier een interessant experiment toe met betrekking tot de verschillende tempi van de diverse variaties: die zijn allemaal gerelateerd tot één basis-puls. Het effect is bijzonder en zorgt voor een onnavolgbaar gevoel van eenheid.

(De opname uit 1981)

Deze opname is ook op dvd beschikbaar, en deze geeft een schitterend beeld van hoe excentriek maar ook hoe ontroerend aandachtig Gould deze muziek speelt: elke individuele toon krijgt bijna een eigen behandeling. Het feit dat de pianist minder dan een jaar later overleed, net vijftig jaar oud, heeft zijn opname uit 1981 een bijna mythische status gegeven.

Na zijn dood is nog een opname opgedoken waarmee we weer terugkeren naar de jonge hond in de jaren vijftig. Zo is de cirkel ook wat dat betreft weer rond...

(Een later ontdekte opname van 1954)

(TC)