Zo gebruikelijk het was in de negentiende eeuw om de meesterwerken van de literatuur aan te grijpen voor muzikale bewerking, zo ongewoon was het in voorgaande eeuwen. Muzikale bewerkingen van Shakespeare, Corneille, Swift of Milton zijn zeldzaam of ontbreken geheel. Het is dus bepaald verrassend een werk aan te treffen als de hier opgenomen Burlesque de Quixotte van Georg Philipp Telemann (1681-1767).
De literaire bron is, zoals te verwachten, Cervantes' befaamde satire op de ridderroman, Don Quixotte. In de hier opgenomen achtdelige suite kon Telemann zich volledig uitleven in het uitbeelden van verschillende situaties uit het verhaal. Schitterend overdreven klinken bijvoorbeeld de orkestrale zuchten in de weergave van 'Ses soupirs amoureux après la princesse Dulciane', terwijl in de voortdurende op- en neerwaartse beweging van 'Sanche Panche berné' wordt verbeeld hoe Don Quixotte's knecht wordt gejonast als hij een hotelrekening niet kan betalen. In 'Le galope de Rosinante' staat het manke loopje van Don Quixotte's oude paard centraal, terwijl in het slotdeel op humoristische wijze de krijgshaftige dromen van de titelheld worden geportretteerd. Telemann is tijdens zijn leven herhaaldelijk bekritiseerd om dergelijke gedetailleerde, zo letterlijk mogelijk uitbeeldingen, die toen al, zoals ook later vaak is gebeurd, als de muziek onwaardige Spielereien werden gezien. Ongetwijfeld heeft een werk als dit bovenal curiositeitswaarde, maar Telemann is teveel een vakman om in wezenloze grappenmakerij te blijven steken. Wie daar na het beluisteren van deze Burlesque nog aan twijfelt, kan zich probleemloos laten overhalen door de hier eveneens opgenomen twee ouvertures en het Concerto in D voor twee violen en fagot. Collegium Musicum 90 tekent onder leiding van Simon Standage voor een uitvoering waarin de kleurrijke kanten van deze muziek uitstekend voor het voetlicht komen. (JvG)meer