De Parijse organist en componist Louis Vierne (1870 - 1937) schreef zijn 24 Pieces en style libre, op. 31 voor het offertorium tijdens de rooms-katholieke mis. Net als bij de preludes en fuga's uit het Wohltemperierte Klavier van Bach en de Preludes van Chopin zijn deze werken gerangschikt naar de 24 majeur- en mineur-toonsoorten van het klassieke westerse toonstelsel. De cyclus bestaat uit een
… fraai afgewogen geheel van karakterstukken, met sfeerbepalende titels als Cortege, Epitaphe, Meditation, Reverie, Legende, Arabesque, Marche funebre, Carillon de Longpont, etc. Daarnaast is het echter vooral de eenvoud die deze muziek aantrekkelijk maakt, waardoor deze cyclus ook bekend is bij veel amateurorganisten. Deze eenvoud sluit originaliteit echter niet uit, zoals ondermeer blijkt uit het ritmisch volledig vrije Arabesque, dat met zijn gebruik van de hele-toon-schaal verwant is aan het werk van Debussy. Jacques Boucher en Denis Regnaud verzorgen een integrale uitvoering van wat misschien wel Vierne's meest sympathieke bijdrage aan de orgelliteratuur is. (H.J.)meer