Muziek- en dansvormen uit de Dominicaanse Republiek, waarbij de eerste energiek en de ander melancholisch van toon is. Merengue ontstond in de negentiende eeuw als een Dominicaanse volksdans. In deze traditionele vorm werd merengue begeleid door accordeon, gitaar en percussie. Kenmerkend was dat de teksten van de zanger als een echo werden herhaald door een koor. Oorspronkelijk was merengue de muziek van de laagste klassen in de maatschappij, maar toen dictator Rafael Trujillo de macht greep in de jaren dertig, verklaarde hij dit als de nationale muziek. Zelf kwam hij immers ook uit een arm nest. De rol van de accordeon werd geleidelijk overgenomen door de saxofoon en de salsapiano deed zijn intrede. Het merengueritme, dat minder onnavolgbaar dan salsa is, nam overal in Amerika snel aan populariteit toe. Die andere Dominicaanse dansvorm - de bachata - wierp pas later haar slechte imago van zich af. Ook deze muziek werd eerst door de armen gespeeld, vooral op het platteland. In tegenstelling tot merengue is bachata langzaam van tempo. De gitaar speelt een belangrijke rol in deze muziek. Het verschil is vergelijkbaar met dat tussen de Cubaanse bolero en salsa. Superster Juan Luis Guerra speelde een belangrijke rol in het populariseren van de bachata. Zijn hit Burbujas De Amor uit 1991 is nog regelmatig op radio en tv te horen. De New Yorkse band Aventura was na de eeuwwisseling uiterst succesvol in het versmelten van bachata met andere grootsteedse muziek, zoals hiphop en r&b.