De Californische popgroep The Beach Boys werd aan het begin van de jaren zestig opgericht door de broers Brian, Carl en Dennis Wilson, hun neef Mike Love en schoolvriend Al Jardine. Al snel was de muzikale formule duidelijk: een mix van rock-‘n-roll en de complexe samenzang van groepen als The Four Freshmen en de Hi-Lo’s, verpakt in liedjes waarin de geneugten van Californië (zon, strand en surfen) werden bezongen. In Brian Wilson had de groep de beschikking over een geniale songschrijver. Met de debuutsingle Surfin’ (1961) scoorden de Beach Boys een lokale hit aan de westkust. Met Surfin’ Safari (1962) en Surfin’ USA (1963) volgde een landelijke en later ook de internationale doorbraak. Ook tijdens de zogenaamde Britse popinvasie bleef de groep onder leiding van Brian, die met optreden was gestopt om zich fulltime met het opnameproces bezig te kunnen houden, de strijd aangaan met de groepen van overzee. Die competitiedrang met vooral The Beatles resulteerde in het album Pet Sounds (1966), dat nog steeds wordt beschouwd als een van de beste popplaten aller tijden. Tijdens het werken aan de opvolger Smile werd de druk op de labiele Brian, die zwaar experimenteerde met drugs, zo groot dat hij instortte. Hij werd nooit meer de oude. Hoewel hij op onregelmatige basis mee bleef werken aan de platen van de groep, ging het met de carrière van de Beach Boys sindsdien bergafwaarts. Dennis Wilson kampte met een zware alcoholische verslaving en verdronk in 1983. Carl Wilson overleed in 1998 aan kanker. De groep bleef in verschillende bezettingen al die jaren optreden in het Golden Oldies-circuit. Brian kampte decennialang met zware psychische problemen. Hij verraste hij aan het eind van de eeuw zijn fans met het prima soloalbum Imagination (1998) en door op wereldtournee te gaan met de groep The Wondermints, tijdens welke hij de beste liedjes van Pet Sounds en Smile vertolkte.
Antoine ‘Fats’ Domino werd in 1928 geboren in New Orleans en het geluid van die stad klinkt door in het werk van de zanger/pianist. Domino was een van de pioniers van de rock-'n-roll, maar zijn muzikale palet was veel breder dan rock-'n-roll alleen. Vooral in de jaren vijftig en zestig was hij populair en scoorde hij hits met Blueberry Hill (1957), My Girl Josephine (1960), Jambalaya (1962) en There Goes My Heart Again (1963). Wanneer de orkaan Katrina in 2005 over zijn woonplaats raast, is de zanger een aantal dagen vermist. Fats overleeft de ramp, maar verliest wel de helft van zijn 23 gouden platen.
Robbie van Leeuwen is één van de meest ambitieuze en gedisciplineerde muzikanten uit de Haagse beatscene van de jaren zestig. Na in 1967 uit The Motions te zijn gestapt, stort hij zich met volle overgave op zijn nieuwe project Shocking Blue. De band gaat moeizaam van start, maar met de komst van de sexy zangeres Mariska Veres vallen de puzzelstukjes op hun plaats. Als de Amerikaanse producer Jerry Ross zich ontfermt over hun Nederlandse toptiensingle Venus gaat in 1970 ook Amerika overstag. Het is de eerste Nederlandse single die de Amerikaanse top tien weet te bereiken, en haalt uiteindelijk zelfs de eerste plaats. Er breken enkele uiterst succesvolle jaren aan. Maar in 1973 is van Leeuwen opgebrand en stapt uit de band; een jaar later stopt ook de rest er mee. Venus wordt daarna nog tweemaal een wereldhit, in versies van Stars On 45 en Bananarama. Diverse reünies volgen zonder dat het succes van weleer herhaald wordt. Begin jaren negentig komt de groep opnieuw in de belangstelling als de grungeband Nirvana voor zijn eerste single de obscure Shocking Blue-compositie Love Buzz covert.