Wie was Johannes Brahms? We kennen allemaal het beeld van de oude, gezette man, die zijn ware gelaat verbergt achter een grote grijze baard. Velen associëren zijn muziek met herfstachtige weemoed. Van een troostende schoonheid die de pijn lijkt te verraden van gemiste kansen. Streng was het oordeel van de filosoof Nietzsche, die hem de 'melancholie van de onmacht' toedichtte. Maar getuigt Brahms' muziek werkelijk van zoveel onvermogen? Was hij hopeloos ouderwets, zoals de aanhangers van Wagner beweerden? Of was hij de 'Progressieve', zoals Schönberg veel later beweerde? Wie Brahms' leven nader beschouwt, maakt kennis met een man die bot en afstandelijk kon zijn, maar ook warm en edelmoedig. Voor minderbedeelden was hij zeer behulpzaam. Hij had ook een groot talent voor vriendschap, al was hij soms wel een beproeving voor zijn vrienden. Opvallend waren zijn platonische relaties met vrouwen. Maar zelfs Clara Schumann, zijn meest toegewijde vriendin, verklaarde na 25 jaar vriendschap dat Brahms nog steeds een raadsel voor haar was. Het is vreemd dat hij met geen van deze vrouwen intiemere betrekkingen aanging. Mogelijk heeft dit te maken met zijn ervaringen in het Hamburgse bordeel, waar hij als dertienjarige bijverdiende met pianospelen. Hoe dan ook, dit trauma heeft hem er in ieder geval niet van weerhouden een grote liefde te ontwikkelen voor volks- en amusementsmuziek. De sporen van de Lichte Muze zijn overal in zijn werken terug te vinden. Veel tijdgenoten waardeerden Brahms echter vooral vanwege zijn meer doorwrochte kamermuziek en symfonieën. In deze eerbiedwaardige genres gold Brahms als de ware erfgenaam van Beethoven. Hij schreef echter ook talloze liederen en koorwerken, die zeker zo mooi zijn. Soms lijkt het alsof we hier een glimp van de ware Brahms kunnen opvangen, want de teksten die hij koos gaan vaak over fundamentele levensvragen. Hij had een grote kennis van de Bijbel. Toch leek hij meer geïnteresseerd te zijn in stoïcijnse berusting dan in de christelijke verlossing. Wie was Johannes Brahms? Misschien bewaarde hij zijn meest intieme gevoelens voor zijn muziek. (HJ)
(bron: wikipedia)John Rutter (Londen, 24 september 1945) is een Engels componist, organist en koordirigent. Hij schrijft hoofdzakelijk composities voor koren.
Hij ging in Londen samen met de componist John Tavener naar de Highgate School. Nadien ging hij muziek studeren aan Clare College, Cambridge. Aldaar dirigeerde hij van 1975 tot 1979 het collegekoor en was in die functie ook organist. In 1981 richtte hij de Cambridge Singers op, dat hij spoedig tot een van Engelands beste kamerkoren maakte. Rutter is verder bekend... meer
(bron: wikipedia)Michael Praetorius (eigenlijk Michael Schultheisz of Schulze), (Creuzburg, bij Eisenach, 15 februari 1571 – Wolfenbüttel, 15 februari 1621) was een Duits componist uit de beginperiode van de barokmuziek.
Hij is zeer bekend vanwege zijn kerkmuziek, en was ook muziektheoreticus. Zijn driedelig traktaat Syntagma Musicum (1615–1620) kan worden gezien als een encyclopedie van de muziektheorie en -praktijk van die tijd. Het eerste deel behandelt de kerkmuziek en bevat een schat aan citaten uit oudere bronnen; het tweede deel geeft een overzicht-... meer
Wie de naam Palestrina hoort, denkt al snel aan streng, degelijk contrapunt en saai muziekonderwijs. En dit is niet nieuw: al vóór zijn dood werd het beeld van Palestrina steeds legendarischer. Zijn oeuvre dwingt dan ook wel respect af, met ruim honderd missen, driehonderd motetten en nog vele andere, meestal religieuze werken. En dat alles in een vlekkeloze beheersing van de compositietechnieken van zijn Frans-Vlaamse voorgangers. Naast de kwantiteit en kwaliteit van zijn oeuvre heeft ook Palestrina’s rol bij het Concilie van Trente bijgedragen aan zijn imago. Dit concilie wilde de katholieke kerkmuziek hervormen: alle overdadige en wereldlijke elementen moesten verdwijnen en de tekst moest - verstaanbaar - op de voorgrond staan. Bij luistersessies om de verstaanbaarheid te testen klonk wellicht Palestrina’s ‘Missa Papae Marcelli’, maar dat is lang niet zeker, om nog maar te zwijgen over de mythe van Palestrina als ‘redder van de kerkmuziek’. Hoe het ook zij: Palestrina was de centrale componist in het Rome van de zestiende eeuw, en zijn statuur heeft tot op de dag van vandaag voortgeduurd, ook al wordt hem wel eens ‘saaiheid’ of ‘stoffigheid’ verweten. Maar iedereen die een duik in zijn enorme oeuvre waagt, merkt al snel dat ook dit een mythe is. (TC)
Wie de biografie van Zoltán Kodály leest, kan dat niet anders doen dan met stijgende verbazing. Hij bereikte niet alleen de respectabele leeftijd van 84, maar is bovendien bijna zijn hele leven verbijsterend productief geweest – en dan ook nog met groot succes. Naast het componeren was Kodály actief als dirigent, (ethno-)musicoloog, pedagoog, taalkundige en filosoof. En in al deze vakken heeft hij baanbrekend werk verricht, met een zeldzame gedrevenheid en passie. Om slechts één voorbeeld te noemen: samen met zijn vriend Bartók werkte hij aan een tiendelig, uitputtend naslagwerk over Hongaarse volksmuziek, dat vanaf 1951 verscheen, met zo’n duizend pagina’s per deel. Maar ook met zijn composities heeft Kodály succes geboekt, met als hoogtepunt de ‘Psalmus hungaricus’ (1923) en de opera ‘Háry János’ (1926), die een internationale doorbraak voor Kodály betekenden. Vocale muziek, vooral koormuziek, maakt de kern uit van zijn oeuvre, maar ook zijn kamer- en orkestmuziek maken indruk. Meesterwerken als ‘Laudes organi’, geschreven in het jaar vóór zijn dood, tonen dat zijn creatieve energie tot het bittere einde onverminderd voortging: dat was Kodály ten voeten uit. (TC)
Gustav Holst is een componist die niemand lijkt te kennen, al kent iedereen The Planets. Dit gebrek aan relatieve roem is een raadsel, want de kwaliteit van Holsts koor- en orkestmuziek (inclusief een aantal schitterende werken voor harmonieorkest)is meestal hoog. Misschien komt het mede door Holsts afkeer van publiek vertoon. Zo legde hij zich na het succes van The Planets toe op meer introverte onderwerpen, waaronder de prachtige Hymn of Jesus uit 1917. Dit is typisch een werk waarvan jeje bij kennismaking afvraagt waarom het niet algemeen bekend is (al schijnt het werk destijds wel succes te hebben gehad). Er is echter ook iets aan de hand met de continuïteit van Holsts ontwikkeling als componist, alsof technische uitdagingen hemmeer prikkelden dan een consistente stijl. Grove Music Online haalt in dit verband een intrigerende uitspraak van Holsts dochter Imogen aan: ‘As soon as he had made his point, he stopped’. (HJ)