(bron: wikipedia)Robert (Bobby) McFerrin Jr. (11 maart 1950) is een in New York geboren Amerikaanse a capella-zanger, die beïnvloed is door de jazzmuziek. Hij is vooral bekend van zijn wereldwijde hit Don't Worry, Be Happy uit 1988. Dit lied, uit de...
meer
De Californische popgroep The Beach Boys werd aan het begin van de jaren zestig opgericht door de broers Brian, Carl en Dennis Wilson, hun neef Mike Love en schoolvriend Al Jardine. Al snel was de muzikale formule duidelijk: een mix van rock-‘n-roll en de complexe samenzang van groepen als The Four Freshmen en de Hi-Lo’s, verpakt in liedjes waarin de geneugten van Californië (zon, strand en surfen) werden bezongen. In Brian Wilson had de groep de beschikking over een geniale songschrijver. Met de debuutsingle Surfin’ (1961) scoorden de Beach Boys een lokale hit aan de westkust. Met Surfin’ Safari (1962) en Surfin’ USA (1963) volgde een landelijke en later ook de internationale doorbraak. Ook tijdens de zogenaamde Britse popinvasie bleef de groep onder leiding van Brian, die met optreden was gestopt om zich fulltime met het opnameproces bezig te kunnen houden, de strijd aangaan met de groepen van overzee. Die competitiedrang met vooral The Beatles resulteerde in het album Pet Sounds (1966), dat nog steeds wordt beschouwd als een van de beste popplaten aller tijden. Tijdens het werken aan de opvolger Smile werd de druk op de labiele Brian, die zwaar experimenteerde met drugs, zo groot dat hij instortte. Hij werd nooit meer de oude. Hoewel hij op onregelmatige basis mee bleef werken aan de platen van de groep, ging het met de carrière van de Beach Boys sindsdien bergafwaarts. Dennis Wilson kampte met een zware alcoholische verslaving en verdronk in 1983. Carl Wilson overleed in 1998 aan kanker. De groep bleef in verschillende bezettingen al die jaren optreden in het Golden Oldies-circuit. Brian kampte decennialang met zware psychische problemen. Hij verraste hij aan het eind van de eeuw zijn fans met het prima soloalbum Imagination (1998) en door op wereldtournee te gaan met de groep The Wondermints, tijdens welke hij de beste liedjes van Pet Sounds en Smile vertolkte.
John Mellencamp (voorheen John Cougar) gold begin jaren tachtig als een groot talent en werd bij zijn debuut ‘de nieuwe Bruce Springsteen’ genoemd. Het is een belofte die hij gedeeltelijk heeft kunnen inlossen. Zijn albums gingen zo’n 45 miljoen keer over de toonbank, maar echte populariteit geniet hij vooral op zijn eigen continent, wellicht vanwege zijn zeer Amerikaans georiënteerde teksten. Qua sound verschilt hij nauwelijks van The Boss en daardoor is Mellencamp te scharen in het clubje ambassadeurs van de Amerikaanse spierballenrock, waar naast Springsteen ook Bon Jovi en Tom Petty toe behoren.
Ryland Peter (Ry) Cooder (Los Angeles, 15 maart 1947) is een Amerikaans gitarist en producer.
Ry Cooder kreeg al op jonge leeftijd les van bluesman Reverend Gary Davis. Midden jaren zestig richtte hij de vooruitstrevende bluesrockgroep Rising Sons op, waar onder anderen Taj Mahal deel van uitmaakte. Toen deze groep uiteenviel, werd hij een prominente sessiemuzikant en deelde hij de studio met praktisch iedereen, van Captain Beefheart tot Randy Newman.
Hij werkte in de late jaren zestig met de Rolling Stones en werd zelfs even gezien als een potentiële opvolger voor Brian Jones. Gedurende zijn carrière maakte hij een aantal albums die zich laten beluisteren als spitsvondige studies van onder andere folk, blues, country en zelfs Hawaïaanse muziek.
In de late jaren negentig initieerde hij de Buena Vista Social Club, een project waarin Cubaanse musicerende veteranen samenkwamen en wereldwijd succes boekten met hun muziek via albums, concerten en een documentaire speelfilm.
Midden jaren vijftig was Little Richard de schrik van braaf Amerika. Met zijn bezeten pianospel, suikerspinkapsel en extreem luide stem groeide deze rock-'n-rollpionier uit tot een ware jeugdheld. Richard Penniman werd in 1932 geboren in Macon (Georgia) als derde in een gezin van twaalf. Armoede en racisme waren schering en inslag tijdens zijn jeugd. De kerk, en dan vooral de extatische gospelmuziek, boden uitkomst voor de excentrieke maar talentvolle Richard. Zijn hits uit de jaren vijftig (Tutti Frutti, Good Golly Miss Molly, Long Tall Sally) blijven tijdloze klassiekers. Little Richard had grote invloed op de generatie rocksterren na hem. John Lennon, Jimi Hendrix, James Brown en The Rolling Stones droegen hem op handen. Vanaf de jaren zeventig nam zijn populariteit af. Later in zijn loopbaan zwoer Richard de popmuziek meerdere keren af om gospels te gaan zingen.